Vroege Kerk had opmerkelijk vertrouwen in kracht Schrifttekst1

In de Vroege Kerk konden de meeste mensen niet lezen of schrijven. De kerk leefde bij het gesproken Woord. Toch betekende dat volgens Morwenna Ludlow niet dat de Schrift geen gezag had.

Ludlow, patristica aan de universiteit van Exeter, is een van de sprekers tijdens de jaarlijkse conferentie van de Society for the Study of Theology, deze week in York, over de Bijbel. Ze beschrijft hoe in de Vroege Kerk de kinderen van jongs af aan psalmen moeten leren. Zo eigenen zij zich de tekst van de Schrift toe. Christenen vinden dat beter dan het leren van de teksten van Homerus. Het gevaar bestaat namelijk dat het citeren van zulke teksten onbewust je denken beïnvloedt. Dan kun je beter onder de invloed van de psalmen staan. Het vertrouwen in de kracht van de tekst van de Schrift is opmerkelijk.

Aan de hand van prachtige foto’s wijst Ludlow op de kunst en de architectuur van de Vroege Kerk. Daarin domineren de verwijzingen naar verhalen uit de Bijbel. Vaak zit er in de mozaïeken op de muren van de doopkapel een narratieve opbouw. Onderaan begint het met afbeeldingen van Abel, Melchizedek en Abraham. Daarboven komen de afbeeldingen van Mozes en de profeten, vervolgens de vier zuilen van de evangelisten en in het plafond het Lam van God omringd door de engelen. Wie de kapel binnentreedt om gedoopt te worden, treedt binnen in de wereld van de Bijbel.

Het thema van de conferentie is “Heilige Schrift?”. De organisatie memoreert met deze keuze het 400-jarig bestaan van de King Jamesbijbel. De vertaling zelf komt nauwelijks aan de orde. De vereniging heeft als doel het wetenschappelijk onderzoek in de theologie te bevorderen door de vorming van het denken, en door gesprek en ontmoeting. In York is een breed oecumenisch gezelschap bijeen rondom het gezag en de uitleg van de Schrift. Dat gezag staat ter discussie en tegelijk blijkt uit die discussie dat de kerk niet zonder het gezaghebbende Woord van God kan.

Hoewel in dit gezelschap het gezag van de Schrift niet vanzelfsprekend is, zijn er toch verrassende bijdragen. Een jonge anglicaan is gegrepen door de Schriftopvatting van Luther: geen formele leer, maar intrinsiek verbonden aan Wet en Evangelie. De erkenning van het gezag van de Bijbel is ten diepste het aangevochten geloof in Gods beloften. Juist de aanvechting laat zien dat Gods Woord levend en krachtig is. Zo vestigt de Schrift zijn eigen gezag.

Een Amerikaanse student schrijft in de Schotse Hooglanden een proefschrift over de blijdschap bij Lukas. Hij weet zich in zijn visie op de Schrift geïnspireerd door Calvijn. Het geheim van het Schriftgezag is het inwendig getuigenis van de Geest.

Bron

1
Bron: RD, 13-04-2011, Dr. H. van den Belt.